De Conduit-cyclus

17 jaar werk. Meer dan één miljoen woorden. Schrijven, herschrijven, schrappen, herschrijven. Een totale verhaalboog die zich uitstrekt over duizend jaar. Meer dan 650 personages en meer dan 200 werelden. Talen, sterren en MacGuffins. Literaire genres, plotlijnen en mysterie.

Wat?

Wat begon als een koortsdroom van een dertienjarige werd over de jaren niets minder dan een levenswerk. Periodiek hield ik vrienden gevraagd en ongevraagd op de hoogte over hoe het nu zat met m'n boeken. Vaak zag ik me genoodzaakt ongewild te moeten verdedigen waarom ik me in godsnaam aan een genre als sciencefiction wijdde, dat sf meer is dan blitse ruimteschepen en rare wezens, of dat ik zeker geen doorslagje wilde maken van Amerikaanse sf.

Vandaag ligt het grootste deel van het schrijven en herschrijven achter me. De Conduit-cyclus bestaat uit vijf boeken: 'Lumina', 'Titaan', 'IJsbloemen', 'Hyperborea' en 'Terminus'. Er zijn ook nog een pakje appendices met noodzakelijke data en tijdlijnen om alles netjes overzichtelijk te houden, of voor lezers die tegen spoilers kunnen.

Waar staat het project momenteel?

  • 1996-1998: eerste versie
  • 1999-2001: tweede versie
  • 2002-2008: derde versie
  • 2008-2013: vierde versie
  • augustus 2013: alfaversie klaar
  • augustus 2013 - januari 2014: proeflezingen door meer dan vijftig (!) vrijwilligers
  • 2014-2015: eerste vier boeken in bèta
  • 2016: boek vijf en zes in bèta
  • 2016: zoektocht naar uitgever
Melkweg3022.jpg

Waarover gaat de Conduit-cyclus?

De Conduit-cyclus bestaat uit vijf boeken, met een algemene plotlijn die zich uitstrekt over een millennium. 'Lumina' opent op 2 november 2017, en 'Terminus' sluit af op 7 juni 3022.

Thema's

  • Controle over informatie (hoe ware macht ligt bij wie meer weet)
  • De ethische en psychologische gevolgen van virtuele onsterfelijkheid (is het onsterfelijke leven de moeite waard?) en almacht (in hoeverre is empathie nog mogelijk)
  • Politiek (is het gerechtvaardigd om immorele daden te stelen voor een groter goed?)
  • Begrip (zijn anderen werkelijk volledig onbegrijpbaar)
  • Beleefde tegenover authentieke realiteit
  • Identiteitswissels

Personages

Hoewel het veld aan personages zeer divers is, zijn er een aantal terugkerende en onderling verbonden hoofdpersonages. Een greep uit het aanbod:

  • Jack Vish Limmers-Sighi: Een fanatieke idealist of een cynische manipulator, al naargelang het perspectief van de anderen. Een man van eenvoudige oorsprong die steeds opnieuw een gooi probeert naar meer dan politieke macht alleen.
  • Elijah Rotschild: Een filosoof en intellectueel die de zaken koel overschouwt. Is zijn kille afstandelijkheid een burcht voor zijn kwetsbaarheid, of kan het lot van anderen hem werkelijk niks schelen?
  • Cara Santa-Cruz: Een beroemdheid tegen wil en dank, beurtelings verblind en afgestoten door roem. Impulsief en een tikje ontstuimig, maar altijd met het hart op de juiste plaats in een wereld die doordrongen lijkt van intrige.
  • Umek Haagen: Een zwijgzame en vrome officier die zich optrekt aan zijn geloof in Allah om de gruwelen van zijn thuiswereld te vergeten. Zijn liefde voor literatuur en zijn echtgenote doen hem dromen van een beter leven.
  • Arexan Milux Ra*she: De dequilt mex van de Viquishitische Bond, een meesterstratege, een politiek dier en een vrouw met een onmetelijke intelligentie. Is zij werkelijk iemand zonder fouten?
  • Talic Saelbek: Een grofgebekte, biseksuele avonturier die er altijd bij is als er geld te verdienen valt. Zijn ruwheid brengt hem meermaals in de problemen, maar zijn legendarische zin voor humor is onverwoestbaar.
  • Lun Qaidar: Een mysticus die altijd meer lijkt te weten dan de rest. Ongemakkelijk in sociaal contact en behept met een neiging naar abstracte metaforen, maar één van de weinige mensen die veel dieper kan kijken dan de oppervlakte.
  • Hannah von Greifswald: Een aristocrate met een schokkend geheim en een onnatuurlijke hardheid voor haar jaren door de vroege dood van haar oudste zus en de verdrijving van haar familie uit het kasteel van Neugreifswald.

Opzet

De cyclus wordt met elk boek een beetje complexer. 'Lumina' begint als een avonturenverhaal dat in principe kan gelezen worden door zowat iedereen. Naarmate de lezer vordert in de boeken, worden niet alleen de plotlijnen, maar ook de taal, de verwijzingen en de structuren een stuk subtieler en ingewikkelder. De bedoeling is om op die manier de lezer almaar verder in de wereld van het Conduit te sleuren.

Plot

  • 'Bloedbanen': In 2017 wordt Aarde in de asse gelegd door een andere beschaving. Met behulp van een andere macht slaat de Mensheid terug.
  • 'Lumina': In 2059 is de Mensheid opnieuw het brandpunt van de actie, deze keer van een republikeinse rebellie tegen de imperiale Unie.
  • 'Titaan': Een mysterieuze geleerde stelt in 2145 een eliteteam samen om af te reizen naar een zeer vijandelijke wereld. Pas op die wereld wordt duidelijk dat zijn doelen veel verder gaan dan een archeologische expeditie.
  • 'IJsbloemen': Het keizerrijk is stervende in 2273. Twee concurrerende groepen zijn allebei op zoek naar wat ze denken dat hen zal kunnen redden, op een totaal verstedelijkte ijswereld die algauw het epicentrum wordt van een gewelddadige revolte.
  • 'Hyperborea': In 3022 openbaren zich nieuwe machten in de Melkweg als haar twee overgebleven superstaten op de rand van de totale oorlog staan. Vele vragen vinden eindelijk een antwoord.
  • 'Terminus': Als rechtstreeks vervolg op Hyperborea wikkelt Terminus alle plotlijnen af terwijl het universum onherroepelijk in elkaar stort, met ruimte, tijd en waarschijnlijkheid die met elkaar in de knoop beginnen liggen.
demografie.png
2145.png
tijdlijn.png

Ontstaan, schrijf- en schaafproces

Toen ik nog bezig was met (her)schrijven aan de Conduit-cyclus, vond ik het niet erg dat vrienden of kennissen daar vragen over stelden. Wat ik vervelender vond, was dat ik mezelf genoodzaakt voelde te zeggen hoe lang ik al bezig was en hoe ver ik al zat. Ik geloof dat dat kwam omdat ik al vaker mensen ontmoet had die aan het werken waren aan ‘een boek’ en daar weliswaar wat poeha rond zaten te maken, maar nooit uit een conceptuele fase of voorbij een eerste hoofdstuk konden raken. Of, nog erger, er was sprake van een geïnteresseerde uitgever, maar ja, de schrijver had het zelf blauw-blauw gelaten.

Dat soort drukdoenerij stoorde me. Alsof ik dubbel en dik wilde bewijzen dat mijn geval wel anders was, had ik de laatste jaren onmiddellijk een antwoord klaar op hoe veel woorden en bladzijden er al bijeen geschreven waren en aan welke versie ik nu precies zat. Niet dat dat uiteindelijk veel uitmaakte. Het belangrijkste was en bleef dat ik een cyclus kon afleveren die gewoon goed was.

Waarom heb ik uiteindelijk 17 jaar gedaan over de hele cyclus? Toen ik 13 jaar was, was ik uiteraard niet de man die ik nu ben. Indien ik begonnen was aan de Conduit-cyclus toen ik 23 was, had ik er allicht minder lang over gedaan. De verschillende versies van de boeken vormden telkens staalkaarten van mijn kunnen op dat ogenblik, en telkens, als ik terugkeek, vond ik dat ze beter konden, dat er meer in zat, dat er te veel passages en wendingen waren die niet goed genoeg waren of ronduit gênant om terug te lezen. Dat kon zijn om stilistische, narratieve of zelfs ideologische redenen.

Een andere reden waarom ik er 17 jaar over deed om de cyclus af te werken, was omdat het een tomeloos ambitieuze onderneming was. Van de 17 jaar schrijven en herschrijven besteedde ik de meeste tijd aan de laatste twee boeken, ‘Hyperborea’ en ‘Terminus’ – alles samen ongeveer 8 jaar. Toen ik het idee opvatte om in ‘Hyperborea’ te gaan experimenteren met verschillende tekstgenres en talen, was ik 22, en lag dit in sommige gevallen net buiten mijn bereik als schrijver. ‘Terminus’ had dan weer het narratieve probleem dat bijna elk personage zich zo ver verwijderd bevond van een normaal menselijk denkkader, dat ik manieren moest vinden om de lezer blijvend te laten sympathiseren met hen.

Gedurende de bijna twee decennia werk aan de Conduit-cyclus gingen vele personages aan mij kleven. Ik diepte hen uit, voegde laagjes toe aan hun achtergrond en persoonlijkheid, of kleurde ze met ervaringen uit m’n eigen leven. Hetzelfde gold voor alle locaties en culturen die ik bedacht. Soms strooide ik met hints naar andere werken of pasticheerde ik schaamteloos popcultuur in enkele verhaallijnen. Soms wilde ik ook andere sciencefiction gaan deconstrueren: in het universum van het Conduit is de Mensheid niet almachtig en zijn exotische beschavingen geen simpele monoculturen.

Wat hieronder volgt, is een korte schets van het scheppingsproces. Voor het gemak zal ik steeds verwijzen naar namen, termen en titels zoals ze in hun finale incarnatie zijn om de verwarring te beperken.

De eerste versie: 1996-1998

In november 1996 schreef ik op enkele weken tijd een verhaal dat het eerste deel zou worden van ‘Lumina’. Dit verhaal was geïnspireerd door een droom over overvliegende, zwarte ruimteschepen die een vijandelijke basis in een kloof vernietigden. Een kort daaropvolgende droom, over een man met een masker dat slechts één oog had en binnenviel in een vervallen amusementszaal, zou de basis leggen voor ‘IJsbloemen’. Overigens bevat ‘IJsbloemen’ de enige paar zinnen die sinds de allereerste versie van het boek ongewijzigd zijn gebleven, ergens halverwege.

Met de versies die ik schreef in de periode tussen 1996 1998 was zo goed als alles verkeerd.Dat viel ook wel te verwachten van een tiener met veel ambitie, weinig ideeën en te weinig schrijf-, lees- en levenservaring. Ik herschreef nog eens het eerste deel na een kritische doorlichting van een vriend, en toen me bij een volgende herlezing te veel fouten begonnen op te vallen. Tot mijn schaamte heb ik deze versie ook proberen opsturen naar uitgevers en zelfs auteursrechtelijk laten beschermen bij Sabam, wat mag gelden als één van de dieptepunten van mijn jeugdige overmoed.

De tweede versie: 1999-2001

In de tweede versie voerde ik een pak naamsveranderingen door en werd de achtergrond van het eerste deel van het eerste boek verplaatst naar Canada omdat ik voelde dat België niet goed genoeg paste bij de epische verhaalboog die ik probeerde op te zetten, en tegelijk m’n toevlucht niet wou nemen tot de Verenigde Staten. Er maakten een aantal nieuwe, belangrijke personages hun opwachting, zoals Qasim Draco, Indu Saravati en Vanaa Slathi. De rollen van Lun Qaidar en Radd Vasqua werden fors uitgebreid.

Ik voegde doorheen de cyclus een aantal (slecht geschreven) romantische subplots toe, en bedacht een embryonale versie van het systeem van de negen elementen. Hier en daar probeerde ik ook met humor de pompositeit van de plot te breken, maar dat sorteerde niet altijd het beoogde effect. Er is een dunne lijn tussen zorgen voor een licht moment en je eigen personages belachelijk maken. De meeste aanpassingen bleven cosmetisch van aard.

De derde versie: 2002-2008

De derde versie werd een werk van erg lange adem, omdat ik voortdurend terug bleef gaan naar de eerste twee boeken, die naderhand samengevoegd werden tot ‘Lumina’, terwijl ik al bezig was aan de volgende delen. Hier begon alles langzaamaan op zijn plaats te vallen. Overbodige of ongeloofwaardige plotlijnen werden geschrapt, een pak personages werd eruit geschreven en een beperkt aantal nieuwe personages kwamen erin (zoals Hannah von Greifswald, Rhaikk Saelbek en Marius Voldur).

Stilistisch stelde ik op veel plaatsen orde op zaken – onnodige en flauwe humor werd geschrapt, dialogen werden bijgetrimd en realistischer gemaakt, en er was ook een voortdurende strijd tegen ‘wezelwoorden’ die sommige situaties en personages te vaag of onduidelijk maakten.De derde versie werkte ook steeds meer met literaire theorieën, invloeden van andere schrijvers en andere talen. Het thema van wie welke informatie had, werd sterker uitgewerkt, en ook de politieke dimensies werden uitgediept. De talen van anderlingen kregen eveneens scherpere contouren. Het idee van een zesde boek werd voorlopig opgeborgen. Na het voltooien van de laatste regels tekst in wat nu ‘Terminus’ is, dacht ik werkelijk dat het voorbij was.

De vierde versie: 2008-2013

Jammer genoeg had ik me vergist. Toen ik “nog één keer” de hele cyclus aan het herlezen was, waarbij ik toch terug meer dan verwacht aanpassingen moest doorvoeren in ‘Lumina’ en ‘Titaan’, voelde ik me diep ontevreden over de plotafwikkelingen in ‘Hyperborea’. Ze voelden allemaal gehaast en slordig geschreven aan, en deden geen recht aan de setup die gecreëerd werd met de raamvertellingen en de reizigers die Crovalon ontdekken.

Na lang twijfelen besloot ik om ‘Hyperborea’ op te splitsen en uit het tweede deel daarvan te maken wat ‘Terminus’ zou worden. Daardoor kwam het aantal boeken opnieuw op vijf te staan. Al snel werd duidelijk dat er veel nieuwe tekst zou moeten geschreven worden. De creatie van ‘Terminus’ noopte halverwege het schrijfproces tot een nieuwe revisie van de voorgaande teksten, waarvan sommige basisvormen intussen al dateerden van 2002-2004. Die revisie ging in twee grote bewegingen, waarvan één in 2009 en één in 2012. In augustus 2013 werd het laatste punt gezet.

Eindversie: 2013-2016

Na een druk gedeelde oproep voor proeflezers, meldden zich tot mijn verbazing meer dan 60 mensen aan, veelal onbekenden, om de cyclus door te nemen en een hoop vragen te beantwoorden. Tegen de zomer van 2014 was er voldoende feedback om de hele cyclus nog een laatste keer te redigeren.

Twee grote veranderingen vonden nog plaats tijdens die redactiecyclus. De ene verandering splitste opnieuw het eerste boek in twee. Die werden ‘Bloedbanen’ en ‘Lumina’. De andere verandering zorgde ervoor dat er enkele personages van gender veranderden, nadat een proeflezer me er op had gewezen dat veel van mijn vrouwelijke personages ofwel onsympathiek waren, ofwel, indien ze sterk waren, werden verwijderd uit het verhaal. De redactie van ‘Bloedbanen’ en ‘IJsbloemen’ nam het meeste tijd in beslag, meer dan ik verwacht had.

2016 werd een race door de laatste twee boeken, die weinig verandering nodig hadden. Neven-documenten werden opgesteld met tijdlijnen, exhaustieve lijsten van personages en plaatsen, statistieken en (vrij amateuristische) kaartjes, maar alles naderde een gevoel van compleetheid. Als laatste uitspringer was er nog de vertaling van de eerste 50 pagina’s van ‘Bloedbanen’ in het Engels, om mogelijk Angelsaksische uitgevers te kunnen bekoren. Op 18 augustus 2016 was alles rond. Na 20 jaar.